Geotechniek 2010, nr. 2

Profiel van een prof Michael Hicks, nieuwe hoogleraar Grondmechanica

P. Juijn, Geotechniek nr. 2, April 2010, pagina 34.

De Brit Michael Hicks werkt sinds september 2009 als hoogleraar Grondmechanica bij de TU Delft. Hij is de opvolger van Frans Molenkamp die in 2008 met emeritaat ging. Hicks zal zijn onderzoek de komende jaren vooral toespitsen op de heterogeniteit van de ondergrond en de invloed hiervan op het materiaalgedrag en geotechnische ontwerpen

Almere krijgt hoogste en diepste punt van Flevopolder

A.Yahyaoui, R.A. van der Eijk, N.T. Loonen, Geotechniek nr. 2, April 2010, pagina 36.

Het kantoorcomplex L'Hermitage te Almere, betreft een drietal torens, waarvan Carlton met ca. 120 m de hoogste is. Martinez en Majestic zijn minder hoog, maar met ca. 70 en 85 m nog steeds respectabel. Ten behoeve van de gebruikers van deze gebouwen worden twee ondergrondse parkeergarages gerealiseerd met een totaal parkeeroppervlak van ca. 40.000 m2 verdeeld over vier verdiepingen. De nieuwbouw is geprojecteerd op een terrein gelegen ten noorden van het Centrale Station aan de J. G. Suurhoffstraat. In dit artikel wordt nader ingegaan op de fundatie van de hoogste toren en de bouwkuipen ten behoeven van de realisatie van de parkeergarages. 

Vernagelen en gefaseerd ballasten van bouwputten in Gouda

M.G.J.M. Peters, J.W. Bosschaart, Geotechniek nr. 2, April 2010, pagina 42.

In dit artikel wordt ingegaan op het ontwerp en de uitvoering van de bouwputten voor de ondergrondse parkeergarages onder het nieuwe woonen zorgcomplex Ronsseveld te Gouda. Gelet op de zeer slappe ondergrond - condities en hoge grondwaterstanden ligt het voor de hand om de bouwputten voor de garages uit te voeren met onderwaterbeton en trekpalen. Zelfs voor één parkeerlaag. Echter, voor dit project is een andere ontgravingswijze gekozen, waarbij een relatief dure onderwaterbetonvloer kon worden vermeden. 

Statnamicproeven op Casing boorpalen (deel 2)

F. Hoefsloot, K.J. Bakker, E. de Jong, Geotechniek nr. 2, April 2010, pagina 48.

De toepassing van het innovatieve paal - systeem genaamd Casing boorpalen in het project spoorverdubbeling Vleuten-Amster - dam Rijnkanaal gaf de aanzet voor de uitvoering van een uitgebreid test en monitoringsprogramma om de eigenschappen van dit bijzondere paaltype vast te stellen. Op locatie zijn zowel statische proefbelastingen als statnamic proefbelastingen uitgevoerd, is het installatiegedrag van de palen gemonitoord met sonderingen vóór en na paal - installatie en is het last-zakkingsgedrag van de palen gedurende de constructie en een periode daarna met behulp van nauwkeurigheidswaterpassingen gevolgd. In deel 1 van dit artikel [4] is ingegaan op de interpretatie van de uitgevoerde sonderingen en zijn de statnamic proeven nader beschreven. Dit tweede artikel bevat de resultaten van de uitgevoerde numerieke analyses van de statnamic proeven en de interpretatie van de proefresultaten op basis van de internationale richtlijnen. De gepresenteerde conclusies hebben betrekking op de inhoud van beide artikelen. 

Geocell en monitoring maken verticale constructie op veen mogelijk bij kruising Lemmerweg – A7 te Sneek

T. Huybregts, O. Dijkstra, M Zuidema, Geotechniek nr. 2, April 2010, pagina 60

De toepassing van verticale grondconstructies bij de kruising van de rondweg Sneek met de Lemmerweg gaf in het ontwerpstadium problemen vanwege de aanwezigheid van slappe veenlagen tot 4 m diepte. Zettingen, stabiliteit en draagkracht zouden zonder aanvullende voorzieningen niet voldoen aan de strenge eisen die gesteld werden aan de aansluiting op het kunstwerk. Ook de horizontale verplaatsing van de slappe grondlagen moest aan strenge eisen voldoen vanwege de ligging van een bestaande fietstunnel op 2 m afstand en een hoge druk gasleiding op 10 m afstand van de zijkant van de constructie. Op basis van een risicoanalyse van ontwerp en uitvoering, gecombineerd met een kostenafweging, kwam een oplossing met geocell (of geomatras) als beste oplossing naar voren. De risico's van deze constructie werden beheerst door intensieve monitoring. 

Bouw kassencomplex op ’zwaar water’

E. Furstner, Geotechniek nr. 2, April 2010, pagina 64.

In het uiterste noorden van Duitsland in de omgeving van Hemmingstedt ligt een voormalig moeras. Een gebied waar de veengrond ook wel wordt aangeduid met de term ’zwaar water’. Natte grond met een deklaag van ongeveer een halve meter. De deklaag bestaat uit turf en ander organisch materiaal. Het ’zware water’ eronder reikt tot circa 12 meter diepte. De gemeente Hemmingstedt wil van dit voormalig moeras een economisch renderend gebied maken maar stuitte tot vorig jaar telkens op de veel te geringe draagkracht van de grond. Nu wordt het gebied bouwrijp gemaakt als voorbereiding voor een 12 hectare groot kassencomplex, compleet met waterbassins en aan- en afvoerwegen. Het draagkrachtprobleem is opgelost door het creëren van een drijvende funderingsplaat met inzet van een hoogwaardig geocomposiet, geogrids en scheidingsvliezen in combinatie met granulaaten zandlagen. Alleen de draagconstructies van de kassen worden op palen gefundeerd.