Eddy Tulp

Er zijn veel onderwerpen waarbij de input van ingenieurs bijdraagt aan het inhoudelijke debat. In deze columnreeks onderzoeken we een maatschappelijk vraagstuk waarbij het ingenieursperspectief wordt belicht door diverse gastschrijvers. De komende maanden gaan we met het thema “circulaire economie” aan de slag.


Column: Circulaire economie in het hoger onderwijs

Tijd wordt schaars. Er lijkt steeds minder van te zijn. Daarom hebben we haast. En van haast hebben we genoeg. Totdat de tijd op is…..

Het poolijs smelt; De zeespiegel stijgt. We moeten haast maken met maatregelen om de klimaatverandering te vertragen. CO2-reductie in het algemeen en energietransitie in het bijzonder is geboden! Dat vergt nieuwe technieken in een circulaire economie.

Jonge mensen voelen die noodzaak meer dan oudere mensen. Bij de laatste parlementaire verkiezingen bleken vooral jongeren te hebben gestemd op partijen die de klimaatproblematiek hoog op de agenda hebben staan. Op universiteiten en hogescholen ontstaan “Greenoffices”: bewegingen van studenten die leiding en docenten kritisch volgen op het gebied van duurzame ontwikkeling (zie www.rootAbility.com).

Bieden we die jongeren wel voldoende relevante studiemogelijkheden, zodat zij straks hun verantwoordelijkheid in en voor de samenleving kunnen nemen voor de toekomst van onze planeet?

In Saxion, de hogeschool in Enschede, Deventer en Apeldoorn, ontstond een discussie over de plek van circulaire economie in het bachelor onderwijs. Ik had een voorstel gelanceerd om, naast enkele specifieke minoren, een studieroute Circulaire Economie aan te bieden waar studenten voor kunnen kiezen. Ze studeren dan bijvoorbeeld Bouwkunde of Technische Bedrijfskunde, maar volgen dan, naar keuze, vanaf het derde jaar een afzonderlijke studieroute waarin ze de principes van circulaire economie toepassen in hun opleiding.  Zowel van de zijde van studenten als van docenten was daar groot bezwaar tegen: “stel je voor dat een student niet kiest voor die route of een minor, dan studeert die straks zomaar af in een omgeving die zich in transitie bevindt richting circulair functioneren, terwijl hij of zij daar in de studie niets aan gedaan heeft. Het mag geen keuze meer zijn. Circulariteit moet  het uitgangspunt zijn voor alle vakken!”, zo werd betoogd.

Ik was blij verrast met deze reactie. Als (Hoger Beroeps) Onderwijs volgen wij in principe de vraag naar competenties in werkvelden en bedrijfsleven. Het bedrijfsleven formuleert die vraag echter pas op basis van gebleken noodzakelijkheid. Maar, omdat de oudere generatie nog de leiding heeft over dat bedrijfsleven, is die noodzaak  tot vernieuwing nog niet voldoende onderkend. En dus is de vraag (nog) niet gesteld.

Maar studenten die nu aan hun opleiding beginnen, studeren over 4 jaar af in een andere wereld met andere, circulaire, technologie. Een technologie die antwoord biedt op verdwenen poolijs en gestegen zeespiegel. Een technologie die geen CO2 meer mag morsen. We hebben dus haast……

En de tijd is bijna op. Daarom wachten we die vraag niet af: duurzaamheid en circulariteit worden nu hoekstenen in het (hoger) onderwijs.

Laat ons weten hoe je hierover denkt en laat je commentaar hieronder achter: