De politie vraagt uw hulp. Dit keer niet bij het oplossen van een misdaad, maar bij het opnemen van privacyregels in de technologie!

De politie maakt bij de opsporing en bij handhaving en toezicht gebruik van sensoren en data. Dat is vaak handig, en voor sommige zaken ook de enige mogelijkheid. Maar het gebeurt niet zomaar. Wat de politie doet, moet toetsbaar en proportioneel zijn: het middel moet in verhouding staan tot het doel. Het is bijvoorbeeld niet opportuun om alles van iedereen te willen weten, om iets specifieks van iemand te achterhalen. Toch nodigt de technologie daar soms wel toe uit.

Een robuuste en veilige manier om met dit vraagstuk om te gaan is het opnemen van privacyregels in de technologie zelf: het “nesten van privacyregels in de techniek”. Bijvoorbeeld op zo’n manier dat alleen de gegevens van een verdachte (iemand waartegen een toetsbare verdenking bestaat) manifest en bruikbaar zijn.

In bovenstaande video beschrijft Mark Wiebes, Commissaris en plaatsvervangend Chief Innovation Officer bij de politie, een eerder toegepast voorbeeld van het nesten van privacyregels in de technologie van de Nederlandse politie. Het gaat hier om het gebruik van kentekenlezende systemen bij het handhaven van de rijtijdenwet.

De vraag van de politie aan de KIVI-ingenieurs luidt: “Kunt u ons helpen met het bedenken van meer van dergelijke methodes? Zodat wij er samen aan kunnen werken dat we daadwerkelijk gebruik maken van de actuele mogelijkheden (sensoren en data) zonder dat wij de privacy van niet-verdachten onbedoeld schenden?” Technologieën waaraan u kunt denken zijn gezichtsvergelijking, (telecom)netwerkanalyses, crowd-control, etcetera.

De politie ontvangt graag de hulp van KIVI-leden uit verschillende disciplines om over deze vraagstukken na te denken. Los van het indienen van specifieke suggesties, is er ook de mogelijkheid om mee te denken tijdens een workshop op een nader te bepalen tijdstip. Om in contact te komen, kunt u mailen naar communicatie@kivi.nl.