Omschrijving

In onze moderne maatschappij raakt techniek steeds meer onderling vervlochten. Veel problemen ontstaan op systeemniveau of in de coördinatie tussen systeemelementen en moeten op systeemniveau worden aangepakt. Een steeds groter deel van het werk van ingenieurs richt zich hierop. Veel van dergelijke systemen zijn sociotechnische systemen: ze bestaan niet alleen uit ontworpen en gefabriceerde technische onderdelen maar ook uit mensen. Typische (en maximale) voorbeelden zijn de service-verlenende infrastructuren zoals de energie-infrastructuur, weg-, water- en luchtvervoerssystemen en telecommunicatiesystemen. Als reden waarom deze systemen problematisch zijn en vaak suboptimaal functioneren wordt doorgaans hun complexiteit genoemd: hun veellagigheid en het grote aantal componenten. In plaats daarvan benadrukt Maarten Franssen als bij uitstek kenmerkende eigenschap de hybriditeit van deze systemen: het feit dat ze gedeeltelijk uit technische en gedeeltelijk uit menselijke componenten bestaan. De manier waarop we het gedrag van mensen beschrijven, er toegang toe hebben en er controle over kunnen en mogen uitoefenen verschilt radicaal van de manier waarop we dat bij technische componenten doen. Menselijke ‘systeemoperatoren’ kunnen niet ontworpen en gefabriceerd worden naar ontwerpeisen; alleen de rollen die mensen vervullen binnen systemen kunnen ‘ontworpen’ worden, in de vorm van instructies. Mensen kunnen getraind worden om deze rollen te vervullen, maar anders dan technische componenten vallen zij nooit samen met hun rol en zijn zij bovendien doorgaans gebonden aan verscheidene rollen tegelijk. Enerzijds levert dit problemen op voor het technisch ontwerpen van dergelijke systemen, dat vanuit een ingenieursperspectief gebeurd waarin de notie van controle centraal staat. Anderzijds wordt er ook gebruik van gemaakt doordat men de menselijke operator als een veiligheidsklep tegen technisch systeemfalen hanteert. Aan de hand van voorbeelden illustreert de spreker de spanningen die de hybriditeit van sociotechnische systemen met zich meebrengt. Ten slotte besteedt hij aandacht aan de manier waarop deze hybriditeit formeel gemodelleerd kan worden.

Spreker(s)

Maarten Franssen studeerde natuurkunde en geschiedenis en werkte enige jaren als wetenschapsfilosoof aan de Universiteit van Amsterdam. Daar promoveerde hij in 1997 op een proefschrift over de grondslagen van de sociale wetenschappen. Vanaf 1996 is hij verbonden aan de Sectie Filosofie van de Technische Universiteit Delft. Hij doceert daar filosofie en methodologie van wetenschap, ingenieurswetenschap en technisch ontwerpen, argumentatieleer en beslistheorie. Hij publiceert over rationaliteit en ontwerpen, de relatie tussen wetenschaps- en techniekfilosofie, metafysische en normatieve aspecten van technische artefacten, en de aard van technische systemen.

Locatie

Vergadercentrum, Vredenburg 19

Utrecht

Organisator

Filosofie & Techniek

Naam en contactgegevens voor informatie

Nadere informatie bij drs.ing. Henk Uijttenhout (vz), tel.: 070 - 3875293 / 06 - 26715554 of via onderstaand e-mailadres.

hbmuijttenhout@hotmail.com