Met 30+ graden Celsius was het eigenlijk te warm om in brandwerende overall, veiligheidshelm, -laarzen, -bril en -handschoenen een uur rond te lopen op de Gas Behandeling Installatie (GBI) in Den Helder, maar de aanwezige KIVI-leden van de afdelingen Noord-Holland en Olie- en Gastechnologie hadden het er graag voor over! De GBI wordt door de Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) geopereerd namens de verschillende bedrijven die op de Noordzee gas produceren.

Na de broodjeslunch en inleidende presentatie begon het bezoek in de Centrale Controle Kamer (CCK), waar niet alleen de GBI zelf maar buiten normale werktijden ook de offshore NAM platforms in de gaten gehouden en bestuurd worden. Vervolgens werd langs de 3 verschillende gassystemen (hoog en laag calorisch + NOGAT = Northern Offshore Gas Transport, dat zelfs verbinding heeft met Deense en Duitse gasvelden) gelopen, van slokkenvanger via inlaat en lage temperatuur vloeistofafscheiders, warmtewisselaars, koelcompressoren, etc tot en met de uitgaande fiscale flow meters, waar het eigendom van het gas overgaat naar de Gasunie. Daarnaast zijn er nog uitgebreide ondersteunende installaties, onder andere voor het opvangen, stabiliseren, opslaan en per binnenvaartschip afvoeren van het afgescheiden koolwaterstof condensaat + voor het weer droogmaken van het als antivries gebruikte glycol + voor het afvangen van kleine kwikstromen + voor het fakkelsysteem dat in noodgevallen zorgt voor het snel druk vrijmaken van de GBI.

Sinds 1974 wordt in Nederland het zogenoemde Kleine Velden Beleid uitgevoerd om het grote Slochteren gasveld zo lang mogelijk te sparen. Aangezien een aanzienlijk deel van deze kleine gasvelden onder de Noordzee liggen is de GBI oorspronkelijk ontworpen voor een hoge gasbehandeling capaciteit: vanaf 1992, na het gereedkomen van het NOGAT-systeem is de totaal geïnstalleerde capaciteit 91 miljoen m3 per dag. De uitdaging voor de NAM is daarom het zo lang en efficiënt mogelijk benutten van de bestaande terreinen en installaties, niet alleen van de onshore GBI, maar ook van de uitgebreide offshore pijpleidingsystemen en grote aantallen platforms.

Om van de vele jaren ingenieurservaring bij de aanwezige KIVI-leden gebruik te maken, werd na afloop van het locatiebezoek nog een uur in kleine groepen gebrainstormd over de case study ‘Visie Den Helder 2030’. Hierbij kwamen zowel conventionele – zoals mogelijke korte termijn (proces)verbeteringen – als niet-conventionele voorstellen aan de orde. Voor de middellange en lange termijn, zouden bestaande GBI onderdelen vervangen kunnen worden door b.v. duurzame vormen van energieopwekking en/of het exporteren van CO2 voor opslag in lege offshore gasvelden. Om het scala van mogelijkheden zo wijd mogelijk te maken werd samenwerking met externe partijen, ook buiten de olie- en gasindustrie, van harte aanbevolen. Een voorbeeld in deze was dat de bestaande CCK met bijbehorende infrastructuur wellicht gebruikt kan worden voor andere systemen/klanten zoals onshore of offshore windmolenparken.

Deze interactieve sessie werd door zowel NAM gastheren als KIVI bezoekers zeer op prijs gesteld en was daarmee een voldoening gevende afsluiting van een mooie middag.

Programma

 -  uur Ontvangst op GBI Den Helder
 -  uur Lunch in restaurant aangeboden door GBI Den Helder
 -  uur Presentatie over GBI Den Helder en NAM, beantwoorden vragen en uitleg casework
 -  uur Omkleden (PBM aan)
 -  uur Rondleiding over de locatie, incl. foto moment
 -  uur Omkleden (PBM uit)
 -  uur Casework en poster presentatie
 -  uur Afsluiting en vertrek